085 130 58 21 info@123bpm.nl

Herrekende Bruto BPM toepassen bij herregistratie?

ECLI:NL:HR:2022:439

Als ter zake van de invoer van een gebruikte auto de afschrijving van de BPM wordt vastgesteld aan de hand van een koerslijst of taxatierapport, dan wordt niet uitsluitend de ter zake van de registratie van de auto verschuldigde BPM vastgesteld, maar ook de Herrekende Bruto BPM. Dit getal wordt door de Belastingdienst aan de RDW doorgegeven, die het vervolgens registreert in het kentekenregister.

Onder het oude recht[1] was de Herrekende Bruto BPM leidend bij de berekening van de verschuldigde BPM voor een artikel 8-vergunninghouder, alsmede voor de berekening van de zogenaamde extra leeftijdskorting voor niet-vergunninghouders.[2] Onder het oude en het nieuwe recht is de Herrekende Bruto BPM leidend bij het vaststellen van het BPM-bedrag dat op de verkoopfactuur komt te staan ter zake van de verkoop van een BTW-auto.[3] En onder het oude en nieuwe recht is de Herrekende Bruto BPM tevens van belang bij het berekenen van de teruggaaf van BPM bij export.[4] In al deze gevallen wordt de BPM bepaald door het afschrijvingspercentage van de forfaitaire afschrijvingstabel te vermenigvuldigen met de Herrekende Bruto BPM.

In de onderhavige procedure werd ter zake van de export van een auto een teruggaaf van BPM verleend. Het bedrag daarvan werd berekend aan de hand van het hiervoor beschreven formule ‘Herrekende Bruto BPM x afschrijvingstabel’. Na 13 weken, maar binnen 6 maanden, werd de auto opnieuw in Nederland geregistreerd. De belastingplichtige wenste ter zake van de herregistratie van de auto ook de formule ‘Herrekende Bruto BPM x afschrijvingstabel’ toepassen en vond steun voor die opvatting in de wetsgeschiedenis bij artikel 10a Wet BPM. De Hoge Raad ziet dit anders.

Aan de ene kans is het oordeel van de Hoge Raad begrijpelijk en logisch. De auto was bij de RDW afgemeld voor export en maakte vanaf dat moment geen gebruik meer van het Nederlandse wegennet. Toen de auto weer terugkwam en opnieuw werd geregistreerd, was sprake van een  nieuwe registratie en dus een nieuw belastbaar feit. De verschuldigde BPM wordt dan opnieuw bepaald en de eerder vastgestelde Herrekende Bruto BPM staat hier los van. Aan de andere kant is het oordeel van de Hoge Raad onbegrijpelijk en onlogisch. Toen de auto weer terugkwam, kreeg hij namelijk hetzelfde oorspronkelijke kenteken[5]. Weliswaar was er sprake van een nieuwe registratie, en dus een nieuw belastbaar feit, maar als de auto opnieuw was geregistreerd zonder dat ter zake van de eerdere export een teruggaaf van BPM was verleend en de termijn van 13 weken waarbinnen dat verzoek kan worden ingediend was verstreken, dan had de belastingplichtige niet opnieuw de BPM moeten betalen. Uit de wetsgeschiedenis bij artikel 14a Wet BPM volgt namelijk dat in zo’n geval geen BPM verschuldigd is, althans dat de ter zake van de herschrijving betaalde BPM wordt teruggegeven:[6]

“[…] In de praktijk komt het voor dat een auto eerder naar Nederland terugkeert dan dat deze teruggaafprocedure is afgerond. Dit zal zich met name voordoen als de auto kort na de registratie in het andere land wordt verkocht of verhuurd aan een inwoner van Nederland. In beginsel heeft de oorspronkelijke eigenaar hierop geen invloed. Het recht op teruggaaf blijft daarom ook in deze situatie in stand en ter zake van de hernieuwde tenaamstelling of aanvang van het weggebruik is ook dan belasting verschuldigd. Ter vermijding van ieder misverstand wordt de volgtijdelijke formulering van het zevende en achtste lid van artikel 1 van de Wet BPM 1992 aangepast. Ook als de teruggaaf nog niet is verleend wordt bij terugkeer BPM geheven. Voldoende is dat voor het motorrijtuig een verzoek kon worden ingediend op de voet van artikel 14a van de Wet BPM 1992. Dit laat uiteraard onverlet dat wanneer blijkt dat voor een teruggekeerd motorrijtuig ten onrechte BPM is geheven omdat bij export geen aanspraak op de teruggaaf bestond, de bij terugkeer geheven belasting alsnog wordt teruggegeven na een daartoe gedaan verzoek of ambtshalve constatering.”

Naar mijn mening is niet in te zien waarom ter zake van de herregistratie een beroep kan worden gedaan op de eerder vastgestelde Herrekende Bruto BPM, en in het verlengde daarvan de verschuldigde BPM, als ter zake van de export geen bedrag aan BPM was teruggegeven, maar dat dit niet kan als ter zake van de export wel een bedrag aan BPM was teruggegeven.  


[1] Dat wil zeggen het recht vóór 1 januari 2022.

[2] Zie het Besluit van 16-06-2015, nr. BLKB2015/642M, Staatscourant 25-06-2015, nr. 17269.

[3] Zie artikel 8, vijfde lid, onderdeel d Wet OB jo artikel 4, tweede lid, Uitvoeringsbesluit OB.

[4] Zie artikel 14a Wet BPM jo artikel 8d, vierde lid, Uitvoeringsregeling Wet BPM.

[5] Op de kentekenplaten staat wel een duplicaatcode geprint.

[6] MvT, Kamerstukken II 2012/13, 33 403, nr. 3, p. 27.